Een lesje geleerd

Het is een flink aantal jaren geleden. We waren uitgenodigd voor een bruiloft, althans Astrid. En ik mocht mee. In het wit gehesen, want dat was de dresscode, midden in de zomer en het weer werkte nog mee ook. Geen wolkje aan de lucht. In een absoluut sfeervolle omgeving werden we ontvangen in een voormalige …

Het is een flink aantal jaren geleden. We waren uitgenodigd voor een bruiloft, althans Astrid. En ik mocht mee. In het wit gehesen, want dat was de dresscode, midden in de zomer en het weer werkte nog mee ook. Geen wolkje aan de lucht. In een absoluut sfeervolle omgeving werden we ontvangen in een voormalige boerenschuur, met koffie en lekkers, voordat de plechtigheid begon. Die vond plaats in de open lucht in een soort van prieeltje met daarom heen banken geplaatst.

Op een sein van de ceremoniemeester kwamen wij allen in beweging, verlieten we de schuur en liepen de tuin in. Omdat wij wat dichter bij de deur hadden gezeten, waren mijn geliefde en ik bij de eersten die arriveerden bij het prieel. Plaatsen voor het uitzoeken, dus wij kozen een bankje met goed zicht op de locatie waar het ‘Ja’-woord zou klinken.

Na enkele minuten, het werd voller en voller, kwam een collega naar ons toe. Zij was een goede vriendin van de bruid. Ons aankijkend met een allervriendelijkste glimlach, die overigens altijd op haar gezicht prijkt, alsof de lippen in die vorm gehouwen zijn, legde deze dame ons het volgende voor. ‘De bruid is een heel goede vriendin van mij. Daarom willen zij en ik graag dat ik vooraan kan zitten. Willen jullie twee banken naar achteren gaan, zodat ik hier kan zitten…?’

Ik was enigszins overdonderd door deze nogal rechtstreekse, mierzoete instructie om even op te hoepelen. En wat doe ik in zo’n geval? Natuurlijk, twee rijen naar achter schuiven. Ik wijdde enige gedachten aan de dame in kwestie, die zich niet lenen voor publieke herhaling. En overigens: mijn beeld over haar werd bevestigd.

Deze week bereidde ik de themameditatie voor. Het thema was ‘nederigheid’. Daarbij gingen mijn gedachten terug naar dit voorval. Hoe herkenbaar was dit. Die dame die haar plek opeiste, zich opstelde boven ons, de voorste rij opeiste, terwijl wij eerder waren… Wat verder bladerend in de geschriften over ‘nederigheid’ kwam ik op een passage uit het Nieuwe Testament. Daarin wordt een vergelijking gemaakt op het thema ‘want de eersten zullen de laatsten zijn en de laatsten zullen de eersten zijn’. Een uitspraak die ik nooit goed heb begrepen, anders dan dat deze gebruikt wordt door mensen die willen maskeren dat ze niet tegen hun verlies kunnen. Zo van ‘mijn tijd komt nog wel.’ Het voorbeeld dat in deze vergelijking werd aangehaald was dat van een bruiloftsgast (!). Wat geeft jou het recht of de positie om een plaats vooraan op te eisen? Als je nederigheid betracht, dan kies je een plaats achteraan. Als mensen je naar voren willen hebben, dan vragen ze dat wel. Maar als je vooraan gaat zitten, dan loop je de kans naar achteren gezet te worden.

Kon het voorbeeld duidelijker zijn? Los van mijn gedachten over de vriendin van de bruid en haar ongelijk of gelijk, want daar gaat het niet om. Het gaat om mijn eigen keuzes, om de positie die ik opeiste, alleen omdat ik langere benen heb, dichter bij de uitgang was. De dame in kwestie heeft me een lesje geleerd. Alleen heb ik er een paar jaar over gedaan om het te begrijpen!

Frans Zwagemakers

Frans Zwagemakers

Geb. 1957. Adviseur Economische Zaken bij gemeente Almere, yogadocent sinds 2001, onafhankelijk distributeur van Beyuna voedingssupplementen en vitamines. Getrouwd, vader van drie kinderen.

Related Posts